Over Vitale Teach

Wil je deze informatie liever in een doorlopend document bekijken?
Download hier de 'over Vitale Teach informatiebundel' in PDF formaat.

In onderstaande video vertellen we je graag meer over Het Vitale Teach project. 

Waarom bestaat Het Vitale Teach project? 

Om hoog kwalitatief onderwijs te garanderen, hebben we nood aan goede, geprofessionaliseerde en gemotiveerde leraren. Sterke en flexibele lerarenopleidingen zorgen ervoor dat mensen de stap naar het onderwijs zetten en dat uitval van beginnende leerkrachten verminderd wordt door studenten goed voor te bereiden op de realiteit van het hedendaagse lesgeven. We zien dat lerarenopleidingen vandaag de dag meer dan ooit studenten aantrekken in flexibele trajecten die specifieke opleidingsdidactische noden vragen. Een van deze flexibele trajecten is het traject voor leraren in opleiding (LIO-traject). LIO studenten staan reeds volwaardig voor de klas maar hebben nog geen diploma van leraar op zak. Ze volgen een educatieve opleiding aan een hogeschool of universiteit met een aangepast leertraject en realiseren de praktijkcomponent van de opleiding via de school van tewerkstelling (= in-service stage).

Onderzoek heeft meermaals aangetoond dat gerichte en bruikbare feedback op de onderwijsprestaties van LIO-studenten cruciaal is in functie van hun professionele ontwikkeling als leraar en om beter onderwijs te kunnen voorzien. Aangezien de leeromgeving van LIO’s voornamelijk in de school plaatsvindt, is hun leeromgeving vaak gescheiden in tijd en ruimte van de leeromgeving van reguliere studenten. Dit vraagt om specifieke aanpassingen van de leeromgeving. LIO-studenten beschouwen de opleiding hierdoor als een relatief individuele ervaring, en ze ervaren de nood aan meer concrete en gerichte feedback op hun persoonlijk handelen. Ook de coronacrisis heeft grote veranderingen teweeg gebracht in de manier waarop we leren en onderwijzen. Zo komen nieuwe (digitale) werkvormen plots sterk op de voorgrond.

Vanuit deze doelstellingen maakte de Vlaamse Regering middelen vrij voor pilootprojecten om de lerarenopleidingen te versterken, en specifiek de begeleiding van LIO-studenten te ondersteunen. Het Vitale-Teach pilootproject werd door de UGent ingediend vanuit alle lerarenopleidingen (8 nieuwe Educatieve Masteropleidingen ingericht door de 11 UGent faculteiten). Het project werd geselecteerd als pilootproject ter versterking van de lerarenopleidingen onder de pijler flexibele opleidingstrajecten: sterke LIO-trajecten voor zij-instromers, met als titel ‘Video-annotatie als tool om duurzame feedbackpraktijken voor LIO's te ontwerpen en implementeren’. Het project wil de begeleiding van LIO’s optimaliseren door asynchrone videofeedbackpraktijken te ontwerpen en te implementeren aan de hand van een video-annotatietool. Concreet willen we de pedagogisch-didactische vaardigheden van LIO’s verbeteren en de dialoog versterken tussen LIO’s enerzijds, en met stagebegeleiders anderzijds door beide actoren op te nemen als feedbackverstrekkers. 

De Vitale Teach video-annotatie tool zal hiernaast ook ingezet worden om beginnende leraren te ondersteunen binnen trajecten van aanvangsbegeleiding.

Wat willen we met het Vitale Teach project bereiken en hoe doen we dit? 

Om de doelstellingen van het project te kunnen behalen, wordt in het project gewerkt met asynchrone feedback via video-annotatie. In video-annotatie kunnen gebruikers opmerkingen (= annotaties) toevoegen op specifieke punten in een opgenomen video, waardoor de feedback meteen gekoppeld wordt aan het zichtbare gedrag. Onderzoek toont aan dat deze manier van werken het leerproces sterk ondersteunt. Asynchrone videofeedback zorgt ervoor dat de stagebegeleider en/of mentor ook ondersteuning kan bieden zonder dat deze fysiek aanwezig moet zijn in de klas, doordat hij/zij ook achteraf feedback kan geven in een kort stukje opgenomen video van de (stage)les. In de praktijk betekent dit dat we studenten in de lerarenopleiding en beginnende leraren ook vanop afstand van meer en betere feedback en ondersteuning kunnen voorzien. 

Ook biedt feedback via video-annotatie meer mogelijkheden om persoonlijke en gedetailleerde feedback te geven op het eigenlijke lesgeefgedrag van de student/beginnende leraar Daarnaast kunnen LIO studenten/beginnende leraren de videobeelden van hun eigen lespraktijk zelf herbekijken en zo rechtstreeks koppelen aan de feedback. Hierdoor is een meer gedetailleerde analyse van het eigen gedrag mogelijk, en krijgt men een realistisch beeld van de eigen vaardigheden en verbeterpunten. Dit zorgt ervoor dat de lesgeefpraktijk nog beter geoptimaliseerd kan worden. Door ook een mede LIO-student of collega te betrekken in het feedbackproces, willen we een veilige omgeving creëren waarin de LIO/leraar beelden durft te tonen en vragen durft te stellen.

Aangezien de focus hier ligt op het gebruik van een digitale video-annotatie tool, spelen we met dit pilootproject ook in op de nood om vernieuwende digitale werkvormen te gebruiken – onder invloed van de coronapandemie – in de opleiding en het werkveld. Allen zaken die tegemoet komen aan de door de praktijk en de Vlaamse Overheid ervaren uitdagingen die zich momenteel stellen in de opleidings- en begeleidingspraktijk van leraren (in opleiding). 

In dit pilootproject bouwen we verder op een eerder onderzoeksproject van de Universiteit Gent onder leiding van de onderzoeksgroep Sportpedagogiek van de vakgroep Bewegings- en Sportwetenschappen (Prof. Dr. Leen Haerens en Prof. Dr. Katrien De Cocker), gefinancierd door het Fonds Wetenschappelijk Onderzoek (FWO). In dit project ontwikkelden zij de V-Observer tool. De tool omvat een online omgeving voor het optimaliseren van de motiverende stijl van leraren lichamelijke opvoeding en maakt hierbij gebruik van video-annotatie. Vitale Teach is een doorontwikkeling van de V-Observer tool. 

Hoe gaat men binnen Vitale Teach concreet aan het werk? 

Binnen het project wordt aan LIO-studenten en/of beginnende leraren gevraagd om korte videofragmenten te filmen van momenten in de eigen lespraktijk waar zij moeilijkheden ervaren of ervaren bijkomende ondersteuning nodig te hebben. Ook kunnen zij fragmenten opladen van momenten in de lespraktijk die erg vlot verliepen. De focus ligt altijd op de LIO-student/beginnende leraar zelf. Theoretisch baseren we ons hiervoor op het ICALT-model ontwikkeld door de Rijksuniversiteit Groningen. ICALT focust op effectief lesgedrag. LIO studenten/beginnende leraren kunnen op deze manier leren van elkaar en worden zo ook versterkt in hun zelfvertrouwen en motivatie. 

Deze videofragmenten worden opgeladen in een beveiligde en afgesloten video-annotatietool waar deze geanalyseerd kunnen worden op basis van 6 vaste criteria die gelinkt worden aan effectief leraargedrag (ICALT). De student/leraar voert in de eerste plaats een zelfanalyse uit, waarbij hij/zij aan de hand van annotaties kan aangeven welke didactische uitdagingen zich stelden op welke momenten in het fragment. Het fragment kan hierna, binnen de beveiligde omgeving, beperkt gedeeld worden met een medestudent, collega en/of stagebegeleider/mentor om tips en feedback te ontvangen. Op basis van de ontvangen feedback, wordt in overleg met de stagebegeleider en/of mentor een plan opgemaakt om de lespraktijk te optimaliseren. Zo kunnen we het lesgeven van de leraar en zo ook het onderwijs aan leerlingen verbeteren.

Projectpartners 

Het Vitale Teach project wordt gefinancierd door de Vlaamse Overheid. 
Verschillende projectpartners zetten hun schouders mee onder het Vitale Teach project:

  • Arteveldehogeschool
  • GO! Pedagogische begeleidingsdienst
  • GO! Scholengroep Gent 
  • Hogeschool Gent (HOGENT) 
  • Hogeschool West-Vlaanderen (Howest)
  • Provinciaal Onderwijs Vlaanderen (POV PBD) i.s.m. POV Schoolbestuur Antwerpen (APB POA)
  • Universiteit Gent (UGent)